vrijdag 25 januari 2013

Autonomie

De zelfdeterminatietheorie (ZDT) werd ontwikkeld door Ryan en Deci. Het is een theorie over de menselijke motivatie. De kern van de theorie wordt gevormd door de stelling dat er drie natuurlijke psychologische basisbehoeften zijn: autonomie, verbondenheid en competentie. Wanneer deze basisbehoeften bevredigd worden, zullen we op een evenwichtige manier kunnen functioneren en groeien. Dit geeft een ideale bodem om intrinsieke motivatie op te bouwen. Wanneer we ons gecontroleerd of niet-vrij voelen zullen we minder intrinsieke motivatie ervaren. De controle zorgt er dan voor dat onze basisbehoeften gefrustreerd worden. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer iemand zegt wat we moeten doen, zonder te weten of dit bij ons past en of we dit aankunnen.

Een voorbeeld:
Wanneer een agent ons zegt dat we onze identiteitskaart moeten tonen, zonder duidelijke reden, dan ondermijnt hij:
- ons gevoel van verbondenheid: de agent stelt zich boven ons op, in plaats van zich als een medemens te gedragen.
- ons gevoel van autonomie: de agent beslist wat we moeten doen en als het niet naar zijn zin is zal er iets zwaaien (je hebt het gevoel overgeleverd te zijn aan zijn grillen).
- en ons gevoel van competentie: we weten door zijn reactie niet wat we fout hebben gedaan en of we wel aan zijn verwachtingen kunnen voldoen. Dit levert ons stress op.
 
Meer lezen? Je kan de teksten lezen via de onderstaande links
Verstuyf, J., & Vansteenkiste, M. (2008). Willen versus moeten: De invloed van motivatieop het therapeutisch proces. Agora, 24, 7-22.  
 
 
Wil je meer leren over motiverende gespreksvoering?
Je vindt hier een online leertrjact: Het Huis.
 
10 TIPS: Hoe kan je autonomie ondersteunen tijdens het motiveren?
  1. gebruik uitnodigende ipv dwingende taal (“vertel eens, hoe denk jij daarover?”)
  2. moedig inspraak en participatie aan: laat keuze toe (vb. laat mensen toe zelf te kiezen wie ze om hulp vragen)
  3. Als je een voorstel doet, probeer dan een betekenisvolle en zinvolle uitleg te geven (vb. door naar je eigen ervaringen te verwijzen), zodat er begrip en bereidheid ontstaat om mee te werken.
  4. probeer empathisch te zijn en goed te luisteren.
  5. dreig niet met externe consequenties (vb. als je dat niet doet, dan zal je gedwongen opgenomen moeten worden)
  6. speel in op wat de persoon zelf wil veranderen: de ander is verantwoordelijk voor zijn gedragingen. Laat de argumenten om “niet te veranderen” opzij liggen: als je er (teveel) aandacht aan geeft versterk je de redenen om niet te willen veranderen.
  7. schenk vertrouwen in plaats van de ander angst in te boezemen: moedig hen aan om initiatief te nemen en dingen uit te proberen
  8. zoek naar een uitdaging die niet te makkelijk en niet te moeilijk is
  9. moedig zelfreflectie aan
  10. geef positieve feedback
Heb je zelf nog een interessante tekst of website gevonden?
Laat het gerust weten via een bericht!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten